Dit plantsoen was eerst een woonwijk
Goudenregenstraat
De huizen uit de jaren rond 1920 die op deze plek stonden, werden op last van de Duitse bezetter gesloopt om ruimte te maken voor de Atlantikwall. De Haagse Beek, die langs de Sportlaan liep, werd vergraven tot een zigzag lopende, tien meter diepe en enige tientallen meters brede tankgracht.
De huizen in de directe omgeving van het niemandsland dat op deze manier ontstond, werden ontruimd, waaronder de hele Vogelwijk. De bewoners werden onder regie van de Gemeente Den Haag elders ondergebracht. Mensen met een economische binding konden in de stad of in een omliggende gemeente blijven, de rest werd elders in het land ingekwartierd. Ook het Rode Kruisziekenhuis uit 1925 ging tegen de vlakte. De inboedel werd met kermiswagens naar het Oudemannenhuis aan het Om en Bij in het centrum overgebracht, de patiënten volgden.
Nieuw leven in een saaie stad
In het wederopbouwplan van W.H. Dudok keerde het ziekenhuis terug, iets verschoven ten opzichte van de oorspronkelijke locatie. De Segbroeklaan werd onderdeel van een nieuwe verbindingsroute tussen het Westland en Wassenaar. De verkeersweg werd geflankeerd door plantsoenstroken met waterpartijen en hoge flatgebouwen, met de bedoeling om ‘in deze saaie stad nieuw architecturaal leven te wekken’. De Haagse Beek werd in een nieuwe bedding in het groengebied opgenomen.